We keken vanmorgen uit het raam, om te zien wat voor weer het buiten was. We zagen weer bewolkte lucht, helaas. Ze zeggen dat je krijgt wat je verdient, dus dat zal het dan wel zijn.
We ontbeten niet hier in de Inn, gezien de ervaringen met het eten gisteren, maar reden direct naar Bath om daar iets te eten. Inmiddels reden we ook het goede weer tegemoet, misschien is het verhaal over verdienen dan toch niet waar. Na een lekker ritje over de snelweg, en een mooi stukje provinciale weg waren we om half 11 in Bath. We reden eerst naar een parkeerplaats voor lang parkeren. Daar moesten we een kaartje achter het raam leggen. Om het risico te vermeiden dat we steeds op het horloge moesten kijken, of vooraf teveel betaalden zochten we toch maar een parkeergarage. Die vonden we met behulp van Greta in het centrum van de stad. In Marks & Spencer dronken we een kop cappucino en een scone, met een (alweer platte) Ciabatta.
Verkwikt door het ontbijt liepen we het centrum verder in. Bath blijkt een heel sfeervolle stad, met veel leuke winkels, restaurantjes, straat theater, etc. De bouw is voornamelijk Georgian. Een van de belangrijkste bezienswaardigheden is het Romeinse thermale bad. Dit bad is gebouwd rond een warme bron. Die bron is overigens de reden waarom er überhaupt een stad is gebouwd. De rij voor de ingang van het grote 19e eeuwse gebouw was al aanzienlijk, maar we sloten toch aan. Na een kwartiertje kregen we bij de kassa nog een verrassing, want de toegang was £ 12,50 per persoon. Dat is wel een hoop geld, maar we kregen er wel iets voor terug. Die baden blijken een enorm complex te hebben omvat, o.a. met een tempel voor Minerva. Wat daar nog van over is ligt allemaal onder de grond, maar is in de loop van de afgelopen 140 jaar afgegraven. Daarbij zijn ook een aanzienlijk aantal objecten opgedoken.
Door middel van een vaste route wordt je overal langs gevoerd. Daarbij zijn allerlei tentoonstellingen over het leven in Bath ten tijde van de Romeinen en over hoe de Thermen er toen uitzagen. Nogmaals, absoluut de moeite waard. Wij hebben er bijna 2 uur rondgelopen. Ik had dat vooraf niet verwacht.
Inmiddels was het lunchtijd geworden. We genoten een heerlijke Traditional Cream Tea bestaande uit scones met een heerlijke roomachtige boter en (jawel alweer!!) thee. Op een terrasje op een heel leuk pleintje.
We zochten het oudste huis van Bath, uit de 15e eeuw, omdat dat ook een bezienswaardigheid is. Hmm. Valt wel mee. De Bath Abbey sloegen we ook over, omdat we intussen al heel wat kerken hebben gezien. In plaats daarvan kochten we kaartjes, en zochten we een postkantoor voor de postzegels op de kaartjes. Daarna liepen we door naar de Pulteney Bridge, een op de Ponte Vecchio in Florance geïnspireerde brug met winkeltjes en al. Ontworpen door Robert Adam, zoals zovele gebouwen in Bath. Langs de Avon ligt een leuk park met een wandelpromenade. Op een bankje hebben we een tijdje genoten van de zon, van het uitzicht en van de mensen die voorbij liepen. Even verderop werd een cricket wedstrijd gespeeld, waar we vol belangstelling en onbegrip hebben gekeken.
Aangezien we inmiddels hadden besloten geen toeristische attracties meer te bezoeken, liepen we terug naar het centrum. Daar hadden we al eerder wat straat artiesten gezien, zoals een jongedame die opera aria’s zong, maar dan lelijk. We strandden bij een gitarist, die op zichzelf heel leuk gitaar speelde maar met zijn eigen composities niet echt indruk maakte. Maar goed, wij zaten op een bankje in afwachting van wat zou komen. Dat bleek een groepje Verkondigers van Het Geloof te zijn, die ons probeerden te overtuigen van hun overtuiging. Een dame liep zelfs op ons af, maar die poeierden we (Ymkje) af. Allemaal hadden ze dezelfde methode, met een volgeschilderd blad van een flipover. De boodschap kwam niet over. Inmiddels was een violist opgedoken die zijn beurt afwachtte. Een beetje groezelige kerel met 3 tanden in zijn mond. Op het moment dat die kwam was hij echter verdwenen. Wij dachten dat hij op zoek was naar een borrel. Uiteindelijk kwam hij toch, pakte al kletsend met Jan en alleman zijn viool uit en begon te spelen. Voor ons het sein om op te staan en verder te gaan.
De laatste gang in Bath was alweer eten. We vonden, naast het Oudste Huis, een Frans restaurantje waar we heerlijk hebben gegeten. Vis deze keer, met heerlijke Side salad en als dessert crêpe à la Normandie en Cheescake.
Buiten gekomen hoorden we een tumult. Bleek ook weer een straat artiest te zijn die op een komische manier een hele meute mensen door de stad heen sleepte. Een deel zelfs geblindoekt. Dat werd dan weer overtroffen door een fietser die door de straten reed met een zak over zijn hoofd. Later bleek dat onze komiek een betaalde voorstelling gaf. Wij haakten daarom maar af. Natuurlijk willen we niet als profiteur bekend worden.
De wandeling naar de auto ging heel vlotjes. De rit terug naar Yatton niet. Op de een of andere manier leidde Greta ons niet naar de snelweg, maar via A-wegen. Achteraf net zo snel, maar veel lastiger want inmiddels werd het als extra handicap ook nog eens donker. En er reed een autootje voor ons als een slak. Opletten geblazen dus. Bij het allerlaatste stoplicht stonden we naast het autootje; er bleek inderdaad een vrouw achter het stuur te zitten. Zal wel toeval zijn geweest.