De laatste dag vandaag op Madeira. We bladerden vanmorgen door de boekjes op zoek naar leuke dorpjes hier niet zo ver vandaan. Geen van tweeën had zin om heel ver te rijden, dus dat “hier niet zo ver vandaan” was wel een voorwaarde. We kwamen tot de slotsom dat Ribeira Brava het dan maar moest worden. Daar zijn we al honderd keer langs gereden van en naar Funchal of een andere grotere plaats op Madeira. Zo gezegd, zo gedaan.
Tot onze stomme verbazing reden we het dorpje in, langs een stoet van touringcars. at belooft natuurlijk niet veel goeds, qua toerisme. En inderdaad, het was of je Volendam binnen kwam. Het enige verschil is dat ze hier onverstaanbaar Portugees spreken in plaats van onverstaanbaar Nederlands. Nou ja, bij wijze van spreken dan want hier schijnt ook nog eens altijd de zon. De parkeergarage was zo krap als enigszins mogelijk. Zelfs om een hoek om te gaan moest je 2 keer steken. En nee, dat ligt dan niet aan de chauffeur.
Natuurlijk zagen we het ene souvenirwInkeltje na het andere, en langs de boulevard zagen we alleen maar eet- en drinkgelegenheden. Omdat het al laat was gingen we eerste het historische kerkje in voor een bezichtiging. Waarschijnlijk zou dat kerkje wel sluiten om 12 uur. De toren was prachtig versierd met tegels in schaakbord vorm. Buiten stonden een paar Inca Indianen verveeld te rommelen met hun muziek. Ze speelden niet eens zelf, er draaide een cd. Binnenin zat een nonnetje devoot te bidden. Ook hier weer de azulejos (tegeltjes) tegen de wanden. De doopvont stamt al uit het begin van de 15e eeuw. We moesten er nog naar zoeken, want hij stond verstopt in een kapelletje.
Op zich is dit Dorpje heel pitoresk, maar overal zo toeristisch. Het schijnt overigens dat Columbus hier wel eens een vriend heeft bezocht, en dat hier de opa van een belangrijke Amerikaanse schrijver is geboren. Na een korte wandeling liepen we de boulevard op en werden al meteen aangevallen door een dame die ons overhaalde om koffie te drinken. Uiteraard bij haar op het terras. Ze had geluk, want wij wilden wel iets drinken en eten. Natuurlijk zaten we op het terras, met een breedbeeld tv recht in het zicht waar een voetbal wedstrijd uit de Argentijnse competitie was te zien. Zoals al eerder vermeld, we zaten in het Volendam van Madeira. Dat zagen we dan ook aan de prijzen.
Na de versnapering liepen we langs de vele souvenirwinkeltjes en door de prachtige tuin van het gemeentehuis, waar we als heel bijzondere kunst enkele oude gereedschappen zagen staan. Zelfs een oud motorblok. Zoals vrijwel ieder dorpje is ook in Ribeira Brava een museum gevestigd. In dit geval een soort streekmuseum. De collectie omvatte natuurlijk gereedschappen voor het verbouwen van koren, voor het maken van wijn en zelfs kleurige vissersboten. Op een videoscherm hebben we gezien hoe de Espada werd gevangen met lijnen en de tonijn met gewonen bamboe hengels. Achter dat vissen zit dan wel een hele wetenschap, want de scholen werden opgezocht, de vissen werden gelokt met aasvisjes en er werd met waterstralen zuurstof aan de oppervlakte gebracht. Vervolgens was het een kwestie van hengel uitgooien en met en tonijn daaraan weer ophalen. In een mum van tijd hing er zo’n vis aan de haak. Het ophalen ging dus aan de lopende band. Het museum was nog behoorlijk groot. Er werden zelfs complete slaapkamers vertoond, en winkeltjes. Het was heel leuk dat er oude foto’s hingen bij alle gereedschappen, zodat je ook een beeld kreeg van hoe en waarvoor een en ander werd gebruikt.
We wandelden weer door het dorpje terug en zagen dat de kerk inderdaad dicht was. Ook de Inca’s waren verdwenen. Het was überhaupt uitgestorven ineens. Waarschijnlijk komt om een uur of drie alles weer tot leven, met nieuwe busladingen toeristen.
Na een middagje relaxen hebben we vanavond weer in “ons” restaurantje in Calheta gegeten. Ik heb weer eens een gok gewaagd door de rijst met zeevruchten te bestellen. Was wel heel lekker, maar ook heel veel. En de rivierkreeftjes lieten zich niet zo goed pellen. Of ik kan het gewoon niet natuurlijk. Ymkje had prego, wat volgens mij een soort biefstukje was. Helaas is een biefstukje bakken niet iets wat ze overal kunnen. De ober brak zijn tong over het woord “toetje”, hij vond Portugees toch veel gemakkelijker. De sobremesas (toetjes) lieten nogal op zich wachten. De chocolade fondant is waarschijnlijk vers gemaakt, en dat duurt 20 minuten. Wij wisten dat natuurlijk niet en het was ook niet verteld. Maar het schijnt heel lekker te zijn geweest.
Gelukkig konden we nog op de valreep via de supermarkt de lift in naar de parkeergarage. Vervolgens was alles appeltje eitje, ook weer het ritje naar huis. Nu nog één nachtje slapen, en dan gaan we weer naar huis.